Categorie archief: luule

Poëzieweek 2025

en al die activiteiten

.

Van een gedichtennacht in Nijmegen, naar een poëziehalte met Bart Moeyaert in Mechelen, van een Poetry Jam in Alkmaar naar een gratis poëziebundel ‘Winter’ in Rotterdam. En dat is slechts de eerste pagina van de activiteiten die gedeeld zijn op poezieweek.com en er zijn maar liefst 45 pagina’s met activiteiten (12 op een pagina dus reken maar uit, maar liefst 540 activiteiten in Nederland en Vlaanderen in de week van de Poëzie en de periferie van die week).En zelf doe ik er ook aan mee middels de Luule Special.

Voor de rechtgeaarde liefhebber een Walhalla en een nachtmerrie. Want waar te beginnen? So much to do and so little time! Alle reden om een verstandige keuze te maken. Natuurlijk zijn er onder alle poëzieliefhebbers ook vele die zelf dichter zijn en actief in deze week. Dat maakt de spoeling nog dunner. Alweer een reden om over te gaan van een week naar de maand van de poëzie. Zoals in de Verenigde Staten april (the cruelest month) al sinds jaar en dag Poetry month is. Het is geen nieuw idee, ik schreef er in 2012 al over.

Eigenlijk is elke dag gedichtendag. Wanneer je over de Poëziekalender 2025 beschikt is dat letterlijk en figuurlijk het geval. Zelf zal ik een paar activiteiten bezoeken. Misschien niet de meest in het oog springende of de meest spannende maar eerder bijeenkomsten die ik interessant vind, waar ik dichters kan tegenkomen, waar ik iets nieuws ga horen. Ik wens al mijn lezers een mooie Poëzieweek toe, en voor alle dagen, weken en maanden daarna tot aan de Poëzieweek 2026, elke dag een fijne gedichtendag.

Of zoals Tom Lanoye (1958) het in zijn gedicht ‘Programma’ uit de bundel ‘De meeste gedichten’ uit 2005 het al zegt ‘Dát is het, vind / ik. Zoiets. Ongeveer.’.

.

Programma

.

Weet ik veel hoe poëzie eruit

moet zien. Niet dat statische,

dat uniforme. Daar hou ik niet

zo van. Dezelfde toon herhaald

tot in den treure, en dat dan

‘vormvastheid noemen, of ‘een

eigen stem’, dat soort gelul.

Nee daar hou ik niet zo van.

.

Geef mij maar het favoriete

snoepgoed uit mijn jeugd. De

toverbal. Je zuigt en zuigt

maar. telkens komen er andere

kleuren te voorschijn en voor

je ’t weet, heb je helemaal

niets meer. Dát is het, vind

ik. Zoiets. Ongeveer.

.

MUGzines- en Luule-special

Cadeau van Mugzine

.

In de Poëzieweek komen wij van MUGzine, het irritantste, particulierste, eigenzinnigste maar leukste en verrassendste minipoëziemagazine van Nederland en Vlaanderen, opnieuw met een special. Dit jaar in de Poëzieweek 2025, op Gedichtendag publiceren wij de Luule-special. Zoals de lezer van MUGzine weet staat op elke editie (en vaker op de Instagrampagina van @L.uule) een Luule.

Luule (het Estse woord voor poëzie) is het kleine zusje van MUGzine en dit keer zetten we haar eens goed in het zonnetje met een bijzondere special. Bijzonder want de omvang en het formaat wijkt af van het formaat zoals je het kent. Deze special is vierkant (zoals de luules op de achterkant van de MUGzine en van instagram) en groter dan wat je gewend bent.

We hebben voor de special een aantal dichters gevraagd die al eens in de MUGzine gedichten publiceerden waaronder Serge van Duijnhoven, Hans Franse, Anton Korteweg, Joz Knoop en Rinske Kegel. Ook de makers laten in deze special van zich horen. Alle donateurs krijgen de special toegestuurd, wil je ook een exemplaar ontvangen? mail dan naar mugazines@yahoo.com

Hier alvast een voorproefje:

.

In aankondigingen

van maandichters en zonnegoden

lees ik jou terug

.

 

 

Poëzieweek 2025

Dennis Gaens

.

Van 30 januari t/m 5 februari is het weer Poëzieweek. Dit jaar is het thema ‘lijfelijkheid’ en de themabundel wordt geschreven door de Vlaamse dichter Charlotte van den Broeck. Ik las in de Volkskrant van zaterdag een recensie van haar nieuwe roman ‘Een vlam Tasmaanse tijgers’ waarin ze werd opgevoerd als dichteres. Dat kan toch eigenlijk niet meer. Na de directrice, presidente, en docente mag wat mij betreft de dichteres ook wel tot het verleden gaan behoren. Ik las in een artikel van Trouw dat dichteres vooral gebruikt wordt voor oudere vrouwelijke dichters en dat voor jonge vrouwelijke dichters gewoon dichter gebruikt wordt. Dat lijkt me een prima verdeling.

Maar terug naar de Poëzieweek. In de Poëzieweek is heel veel aandacht voor poëzie in Nederland en Vlaanderen. Maar vooral in Vlaanderen valt me op. Wanneer je de activiteiten in de Poëzieweek leest op de website valt op dat meer dan de helft (misschien wel twee derde) van alle activiteiten in Vlaanderen zijn. Op de banner van de Poëzieweek staat niet voor niets Vlaanderen voor Nederland. Nu kan het zijn dat men in Vlaanderen actiever is met het delen van poëzieactiviteiten maar dat geloof ik niet. Ik denk dat het in Nederland minder leeft en dat heeft vooral te maken volgens mij met het terugtrekken van de CPNB als partner in de organisatie.

In Vlaanderen staan er een aantal grotere partijen achter dit initiatief en dat merk je. In Nederland zijn er uiteraard ook poëziepartners aangesloten maar die hebben niet dezelfde dekkingsgraad noem ik het maar, als de CPNB had. Een gemis kortom. Desalniettemin valt er genoeg te genieten tussen 30 januari en 5 februari (en daarom heen ook nog wel trouwens). Blijft natuurlijk jammer dat we een Poëzieweek nodig hebben om poëzie onder de (nodige) aandacht te brengen.

Toen ik de Luule-special van MUGzines als activiteit wilde aanmelden bleek dat ik toch best een aantal gegevens moest achterlaten. Logisch natuurlijk want wanneer je een lezing of podium organiseert wil je wel laten weten waar en wanneer dit plaats vindt. In het geval van het publiceren en uitbrengen van een klein poëtisch magazine is dat natuurlijk toch wat anders. Dat donateurs van MUGzine de special automatisch toegestuurd krijgen hoef ik daar niet te melden maar dat de special ook te krijgen is voor niet donateurs door een mail aan mugazines@yahoo.com te sturen, staat er nu in ieder geval op.

Toen ik klaar was met het aanmeldingsproces moest ik denken aan een gedicht dat ik ooit las waarin een aanmelding terugkwam. Het was even zoeken maar ik heb het gedicht teruggevonden. Het betreft het gedicht ‘Vermeld altijd’ van Dennis Gaens (1982) uit de bundel ‘Ik en mijn mensen’ uit 2010.

.

Vermeld altijd

.

  1. ) Waar is het
  2. ) Wat is er
  3. ) Wie u bent

.

In principe weten wij dit (altijd) al, maar we horen het graag van uzelf. Het

liefst in een overslaande stem. Deze drie, maar van deze drie het meest: wie

u bent. Dit is geen oefening. Dat is het nooit.

.

Trouwens, paniek staat u niet. U hebt er het postuur niet voor. Wees gerust:

uw lichaam kent de routines. U kent dat verhaal van het leven in een flits

enzovoorts, maar de waarheid is veel kleiner. Alles wat u meemaakt zijn

zware voeten op steeds de volgende traptree, uw klamme handen om de

leuning en uw snelle hartslag. U bent nu heel dicht bij uzelf.

.

Maar u moet naar de uitgang.

.

Daar is een plek waar we met zijn allen hebben afgesproken.

.

 

 

Deze kant boven

C. Buddingh’

.

Vorige maand heb ik een paar oudere bundels van C. Buddingh’ (1918-1985) gekocht en lezend in deze bundels wordt mijn waardering voor Buddingh’ als dichter steeds groter. Waar ik in het verleden nog weleens dacht dat Buddingh’ de boel in de maling nam met korte gedichten die vooral grappig waren en die je snel weer vergat, nu kijk ik daar toch wat anders naar. Zijn fantasie en manier van dichten is zo eigen. Een gedicht van Buddingh’ pik je er zo uit. De typografie, zijn eigenzinnige kijk op de taal en de poëzie, en zijn experimenteerdrang kenmerken zijn gedichten.

Op de achterkant van de bundel ‘Deze kant boven’ uit 1965 lees ik: “Jaren vóór de experimentelen het bolwerk der vaderlandse poëzie bestormden en innamen schreef hij experimentele gedichten; jaren vóór ‘de nieuwe stijl’ op haar beurt een knuppel in onze zwanenvijver wierp, vloeide uit zijn puntige pen het soort poëzie waarop deze jongste stroming in onze dichtkunst haar program zou baseren”.

In deze bundel staan nog steeds de korte puntige (bijna Luule-achtige) gedichtjes als:

.

spreker

.

de spreker betoogde

wat betoogde de spreker?

ja, dat zei de spreker niet

.

Maar ik kwam ook een wat langer, inhoudelijker gedicht tegen, getiteld ‘improvisatie’ met een motto van de Franse dichter Paul Eluard (1895-1952) ‘le ciel change’ ( De lucht verandert). Dit gedicht wil ik hier graag met jullie delen.

.

improvisatie

.

le ciel change

paul eluard

.

welaan dan: de lucht verandert:

er komen kleine witte wolkje, ziet u wel

(de meteorologen zullen er ongetwijfeld

een naam voor hebben) ze drijven op blauw

(denkt u, maar vanzelfsprekend

is dat gezichtsbedrog)

als mollige meisjes in een natuurbad-

jaja als ik het niet dacht:

natuurlijk moeten er weer meisjes bij komen

(u kunt ook geen vijf minuten

zonder erotiek)

nu vooruit dan, van mij mag het: droom dus gerust

van mollige jonge meisjes

als u naar een stel schapewolkjes kijkt

.

(de zinnen zijn er tenslotte)

.

Poëzieweek 2025

Lijfelijkheid

.

Van 30 januari 2025 tot en met 5 februari 2025 wordt in Nederland en Vlaanderen weer de Poëzieweek gevierd.  Het thema van de Poëzieweek is dit jaar Lijfelijkheid, en Charlotte van den Broeck (1991) is verantwoordelijk voor het Poëzieweekgeschenk. Dit motto Als motto werd gekozen naar aanleiding van de woorden uit de bundel ‘Kameleon’ van Charlotte Van den Broeck: “in dit plooibare huis dat huid heet”.

Op de website van de Poëzieweek 2025 zijn, zoals elk jaar, vele activiteiten te vinden waaronder de speciale uitgave van MUGzine 2025. Deze Luule-special bevat meer dan 20 Luules, het kleine eigenzinnige zusje van MUGzine;  vluchtig, grappig, een tikje naïef, serieus, poëtisch, tegendraads of kunstzinnig. De Luules werden geschreven door een keur aan dichters die de afgelopen 5 jaar in de MUGzines hun poëzie hebben gepubliceerd. Deze special zal verkrijgbaar zijn vanaf eind januari en wordt aan alle donateurs van MUGzine toegestuurd.

Later zal ik hierover meer schrijven. Nu een lijfelijk gedicht van H.C. ten Berge (1938) getiteld ‘Over de tong IV’ uit de bundel ‘Va-banque’ uit 1977.

.

Over de tong IV

.

De mond gaat open als een gouden doos,

de tong zwemt rond en zendt de woorden uit

bij tussenpoos

.

liefde en poëzie

worden altijd met lippen beleden

.

wat tussen kop en kont

als chemiese reaktie is begonnen

krijgt gestalte

als het in een zin is uitgemond

.

liefde en poëzie

worden daarom met lippen beleden

.

de mond gaat open als een gouden doos,

de tong zwemt rond en zendt de woorden uit

bij tussenpoos

,

Luule voor een special

Rupi Kaur en een vraag

.

In 2014 publiceerde Indiaas-Canadese Rupi Kaur (1992) haar eerste bundel ‘Milk and Honey’ (in het Nederlands in 2018 vertaald door Anke ten Doeschate als ‘melk en honing’) en de rest is geschiedenis. Inmiddels is ze wereldberoemd, heeft miljoenen volgers op social media en zet ze zich in voor vrouwen(rechten) en spreekt ze zich uit tegen misbruik van vrouwen.

Toen ik haar bundel ‘melk en honing’ nog eens doorlas merkte ik twee dingen. Allereerst was het haar taalgebruik en het poëtisch gehalte van haar gedichten. Dat is op zijn zachts gezegd nogal mager. Tegelijkertijd realiseerde ik me dat haar poëzie als geen ander kan dienen als opstapje naar wat complexere poëzie. Daarna bedacht ik me dat wat wij doen met @l.uule op Instagram en achterop @mugzines met de Luule die we daar plaatsen, eigenlijk ook iets dergelijks is. Een Luule is een kort grappig, pittig, verwarrend of gewoon mooi gedicht, een aantal poëtische regels of een vorm van statement. Veel van wat ik lees in ‘melk en honing’ voldoen aan die voorwaarden. Daarom hier een paar voorwaarden gevolgd door een vraag.

.

je ziet eruit alsof je ruikt

naar honing en geen pijn

mag ik daar een hapje van

.

je lichaam

is een museum

van natuurrampen

besef je wel

hoe fenomenaal dat is

.

zoek niet naar heling

aan de voeten van degenen

die je gebroken hebben

.

Dan nu mijn vraag naar aanleiding van bovenstaande korte gedichten. Voor een @l.uule zoeken we naar dichters die een luule willen aanleveren. Kijk eens op Instagram bij @l.uule en laat je inspireren. Stuur je luule naar mugazines@yahoo,com en maak kans op plaatsing van je luule in een special die wij van MUGzines gaan publiceren begin van 2025.

.

5 jaar minipoëziemagazine

Jubileum MUGzine

.

Niet zonder enige trots mogen wij van MUGzine onze jubileumuitgave aankondigen. Vanaf vandaag te lezen op mugzines.nl en deze week in de brievenbus van al onze donateurs, nummer 25. In 5 jaar MUGzines hebben we ruim 100 dichters de ruimte geboden om een paar gedichten te publiceren (we zijn maar een minipoëziemagazine met maximaal 20 pagina’s) in het meest eigenwijze en leukste (en zeker kleinste) poëziemagazine van Nederland en Vlaanderen.

Dit keer poëzie van maar liefst drie Vlaamse dichters te weten Lies Van Gasse, Elise Vos en Kris Lauwereys en een Nederlandse dichter Albert Hagenaars. Omdat we wat meer gedichten wilden plaatsen in dit jubileumnummer dit keer geen kunst of illustraties maar wel een nieuwe rubriek Muggenbeten, waarin we stekelige opmerkingen en uitlatingen over poëzie door de eeuwen heen en (soms) van over de landsgrenzen opnemen.

Wij van MUGzines (Bart de vormgever, Marianne redactiefilosoof en voorwoordschrijver, en ik duizenddingendoener) zijn ontzettend trots op wat we neer hebben gezet de afgelopen 5 jaar. En we gaan door! De eerste verkenningen zijn reeds begonnen, ideeën gedeeld, brainstorms gewoed en namen doorgegeven.

Bart heeft van 5 jaar MUGzines een prachtige poster gemaakt. Zou je die ook thuis willen ontvangen? Dat kan, we verloten er een paar. Stuur een mail naar mugazines@yahoo.com met in de onderwerpsregel Jubileumposter.

In editie 25 zoals gezegd vier dichters. Een ervan is Albert Hagenaars (1955) dichter en auteur. De belangrijkste thema’s in zijn boeken zijn reizen, interculturele relaties, vervreemding en identiteit. Hagenaars debuteerde in 1979 met de bundel ‘Stadskoorts’ waarna nog 12 bundels zouden volgen en een paar romans. Zijn laatste publicatie is van 2023 getiteld ‘Samenval – Gabungan’ Poëzie in het Nederlands en Indonesisch, in samenwerking met kunstenares Edith Bons. Uit De Tweede Ronde, jaargang 3 uit 1982 nam ik het gedicht ‘Voltooiing’.

.

Voltooiing

.

Er is een afgraving in de heuvels
van mijn jeugd, gevuld met regen
van jaren, zoals ook vele nachten
als hun bouwputten me trekken,
.
en ik de stilte van drijfzand onderga
en de beklemming van zware kranen,
roerloos spiegelend in het zwarte water,
verlaten dokken, verwrongen rails,
.
misthoorns en de moord op de heide,
fragmenten op een ver televisiescherm,
voor een lang geleden kind uitgezonden
en geluidloos nu, eindelijk voltooid.
.
.

Jubileum editie MUG

Nummer 25

.

Het begon in 2020 of eigenlijk al een jaar eerder. Ik was in het Justice museum in Nottingham (Engeland) en bij de balie stond ik even te wachten. Mijn oog viel op een rek met folders en daartussen stonden allemaal kleine zines, tijdschriftjes in A6 formaat van kunstenaars en dichters. Zelf gestencild en geknipt, nietje erdoor en klaar. De eenvoud, het formaat en de vrijheid van publiceren sprak me enorm aan. Dat wilde ik ook.

Nu had ik al jaren een facilitair poëzie uitgeverijtje (MUGbooks waar ik dichters die in eigen beheer willen uitgeven adviseer en help om niet) en daar wilde ik het aan linken. Maar zoals zoveel ideeën leek ook deze te stranden in schoonheid. Tot ik Marianne tegenkwam. Zij maakte ooit DURF!  een E-magazine voor de ondernemende Bibliotheek (ze zijn nog allemaal terug te vinden op Internet, zeer de moeite waard) en wist dus hoe je een tijdschrift in elkaar zet. Zij was de hoofdredacteur en had contact met schrijvers en vormgevers en was van de ideeën.

Toen we daarover spraken kwam mijn idee om een eigen klein poëzietijdschrift op te zetten weer boven drijven. De rest is geschiedenis. Want eerst probeer jezelf wat in elkaar te zetten (wordt hem niet) dan ga je aan de gang met vormgeven (kan ik niet) en dus vraag je je broer want die is vormgever. En dan gaat het ineens snel. Het eerste nummer was pionieren. De gedichten en teksten kwamen van Marianne en mijzelf en Bart deed de vormgeving. We besloten om MUGzine (want die naam had het inmiddels gekregen) gratis te publiceren op het Internet (dus moest er een website komen) maar we wilden ook echt bewust een papieren variant, een klein eigenzinnig, ander tijdschrift dat je kon oppakken en lezen en weer wegleggen. En we besloten 5 edities per jaar te gaan maken.

Van elke editie, besloten we, zouden er 100 gemaakt worden. Het grootste deel ervan werd opgestuurd naar allerlei stichtingen, uitgeverijen en mensen waarvan we dachten dat ze het wel zouden kunnen waarderen. De rest was guerilla-materiaal. Dat zou her en der verspreid worden, achtergelaten in boekwinkels, bibliotheken, bij festivals en voordrachten. We bedachten ook een klein lastig en eigengereid zusje Luule genaamd (Luule is het Estse woord voor poëzie) dat achterop elke MUGzine geplaatst zou worden.

Ook kwam al snel het idee om dichters (uit Nederland en Vlaanderen) te vragen en om MUGzine wat te verluchtigen met illustraties of afbeeldingen van kunst van kunstenaars. De eerste kunstenaar die we vroegen, Pieter Drift, was meteen enthousiast en leverde ons een combinatie aan van poëzie en beeld (zogenaamde concrete poëzie) en zo werd de tweede editie geboren.

Om lezers te trekken heb je een paar dingen nodig: inhoud (lees dichters die bereid zijn om een paar gedichten om niet aan te leveren), kunstenaars en/of illustrators (idem) en bekendheid. Dus naast de website kwamen er social media accounts van @l.uule, @mugzines (Instagram) @mugzines (X) en schrijf ik bij elk nummer dat verschijnt een stuk over de inhoud, dat vervolgens ook weer op Facebook gedeeld wordt.

Omdat MUGzines gratis wordt verspreid (via de website) en we er 100 van maken op papier waren er natuurlijk wel kosten aan verbonden. Die namen we in het begin graag voor lief, gemotiveerd als we waren om iets moois te maken. Op enig  moment kregen we vragen naar edities op papier en hebben we een vorm van donateurschap bedacht. Wordt je jaardonateur dan ontvang je automatisch via de post alle edities van dat jaar. We zijn er trots op dat er donateurs van het prille begin zijn die dus alle edities thuis ontvangen hebben. Omdat we niets hoeven te verdienen aan de MUGzine (we doen dit uit een grote voorliefde voor poëzie) kunnen we de kosten laag houden en ben je al donateur voor € 20,- per jaar.

En dan komt nu in december 2024 het 25ste nummer uit. Een jubileum. Wie had dat 5 jaar geleden durven dromen. Een lange reeks prachtige dichters en kunstenaars heeft meegewerkt aan die afgelopen 25 nummers, bij het verschijnen van #10 haalde ik al eens aan wie dat waren. Inmiddels hoen we steeds vaker terug dat men MUGzine kent, lezen we op dichterssites dat men in MUGzine heeft gestaan en stijgt het aantal donateurs en lezers online rustig door.

Voor deze jubileum editie hebben we weer wat nieuws bedacht (naast de special, de GUM en de poëzie ansichtkaart proberen we ook zo nu en dan inhoudelijk te vernieuwen) en dat is de Muggenbeet. En we komen begin volgend jaar met opnieuw een special.

Wij maken de MUGzine met heel veel plezier, enthousiasme en inzet. We willen al onze donateurs en lezers, de dichters die bijdroegen, de illustratoren en kunstenaars heel hartelijk danken. De vele mooie en enthousiaste reacties van jullie maken dat we MUGzine nog vele jaren willen blijven maken.

Marianne, Wouter en Bart

.

Er hangt iets in de lucht en het zoemt.

Het is stil op straat en nu horen we het ineens.

De collectieve twijfel aan de betekenis van ons bestaan.

Maar weet je, de mug is pas stil als ze platgeslagen is.

Alleen daarom is er literatuur, kunst, de poëzie.

Zomaar wat zinnen.

Voor die ene mug in de stille kamer.

.

MUGzine 24 is er!

welkom in het verlaten strandhuis

.

Het is van hout, natuurlijk. En het is klein, met ronde raampjes. Als een boot op palen, dieptreurig vast in het zand. 

In de nieuwe MUGzine hebben we een poëtisch huisje ingericht voor gestrande dromen. Een houten huis dat lijkt te huilen, een heilig toevluchtsoord van gestrande dromen. Dat zijn de laatste regels van het voorwoord van Marianne in de nieuwe editie van het kleinste meest eigenwijze en particulierste poëzietijdschrift van de lage landen. MUGzine #24 bevat poëzie van Sofie Verdoodt (1983), Steven Van de Putte (1976), Hans Franse (1940) en Gijs ter Haar (1963), een Luule en de illustraties zijn dit keer van kunstenaar Merlijne Marell.

MUGzine is, zoals geschreven, een particulier initiatief en we gaan op weg naar ons eerste lustrum. In december van dit jaar verschijnt alweer het 25ste nummer. Elke editie is gratis te downloaden via mugzines.nl maar omdat we weten dat veel poëzieliefhebbers graag gedichten van papier lezen, laten we vanaf het eerste nummer van elke editie een beperkte oplage drukken. Wil je MUGzine op papier ontvangen word dan donateur en mail naar mugazines@yahoo.com.

Alle reden dus om de nieuwe editie van MUGzine te downloaden of op papier te bestellen. Om alvast in de stemming te komen hieronder een gedicht van Sofie Verdoodt dat ze voor ILFU schreef en dat ik koos omdat het getiteld is ‘Zomer in Den Haag’.

.

Zomer in Den Haag

.

Gezinsvakantie in een koloniaal hotel
waar een straatfeest ons wekte.
Een keukenmeid gilde, rumoer woei
met de nachtvlinders binnen.
Ouders prikten de kinderen op bed.
.
We zwierven door de stad.
Als een hond die zijn neus volgt,
kwamen we enkel onszelf op het spoor.
.
Te midden van vergane glorie
moesten we elkaars lippen openwrikken
boven zeevruchten zo groot als kindervuisten.
Iemand gaf wrokkig de peper door.
Op de menukaart schreven we ‘help’.
.
Een deel van ons is daar achtergebleven,
door obers geruisloos van tafel geruimd.
Het meisje met de parel zwaaide niet terug.
.
Ik rilde in een oesterschelp.

.

Ins Blaue hinein

Zomereditie van MUGzine is er!

.

“De nacht is lang en vol gevaren, zelfs voor wie langer in het donker blijft. De jongen ligt naast me in een zacht moment, in goudomrande uren. Het licht verandert ons, we spinnen draad van stro. Hij vertrekt op sokken, laat een spoor van zand dat ik in de verste verte niet kan volgen.”

Dit is het voorwoord van het nieuwste nummer van MUGzine, editie 23 waarbij we als richting ‘Ins Blaue hinein’ gekozen hebben. Een extra dik zomernummer (van 20 pagina’s in plaats van de gebruikelijke 16 pagina’s)met prachtige poëtische pareltjes van Astrid Arns, Germain Droogenbroodt, Daniël Vis en Floor Tinga. Bijzonder artwork van Willem Hansum , een nieuwe Luule en ja, zelfs de makers hebben een gedicht geschreven.

Ben je nou zo enthousiast geworden van al die heerlijke, kleine, eigenwijze mini-poëziemagazines? Word dan donateur en ontvang een jaar lang 5 keer zo’n fijn cadeautje in je brievenbus. Als welkomcadeau krijg je twee extraatjes van ons. Stuur een mail naar mugazines@yahoo.com en krijg de informatie die je nodig hebt.

Als voorproefje hier een gedicht van Astrid Arns getiteld ‘Doorzichtig’.

.

Doorzichtig

.

Wij liepen die avond het dorp in, mijn dochter en ik.

Haar jurk zo dun dat het licht er door heen scheen.

Zij nam een woord in haar mond.

Keek naar iemand die achter mij stond alsof ik doorzichtig was.

Om ons heen rook de lucht naar zwavel en as.

Nog even, dacht ik, en dan word ik uitgewist.

Ik keek naar haar rug toen zij wegging, het zwart in zich sloot.

De lucht scheurde toen ik haar riep.

Zij hoorde een uil in de verte.

.