Site-archief
De schaduw van Morandi
Antoon Van den Braembussche
.
De Vlaamse dichter Antoon Van den Braembussche (1946) doceerde kunstfilosofie aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam en kunstkritiek aan de Vrije Universiteit Brussel. Voor hem is poëzie een creatieve plek waar kunst en filosofie elkaar kunnen ontmoeten. Tel daarbij op de kernthema’s die in zijn werk voorkomen; liefde, stilte en het onuitsprekelijke, en je hebt alle ingrediënten voor de bundel ‘De schaduw van Morandi’ bij elkaar. Deze bundel uit 2022 is inmiddels zijn zevende.
Antoon Van den Braembussche debuteerde al in 1967 als dichter, maar zijn dichtbundel ‘Liefdesverklaring’ wordt beschouwd als zijn eigenlijke, literaire debuut. Deze bundel verscheen in 1979 onder het pseudoniem Tonko Brem in de Yang Poëzie reeks, werd door critici erg goed ontvangen en beleefde meteen een tweede druk. In 1985 en 1995 verschenen opnieuw dichtbundels onder dit pseudoniem maar vanaf 2007, bij het verschijnen van de bundel ‘Kant-tekeningen’ publiceert hij onder zijn eigen naam, vanaf dat moment bewoog zijn poëzie zich veel meer op het raakvlak tussen filosofie en kunst.
‘De schaduw van Morandi’ bestaat eigenlijk uit drie delen die ogenschijnlijk los van elkaar staan. En dat terwijl de bundel is opgebouwd uit vijf hoofdstukken. Het eerste hoofdstuk is gewijd aan de Corona pandemie, het laatste hoofdstuk is een ode aan de dichter Paul Celan (1920-1970) en de tussenliggende hoofdstukken ‘Het beeld, nogmaals het beeld’ (twee), ‘Moments de grâce’ (drie) en ‘Paradoxen’ (vier) vormen samen eigenlijk ook een deel. In dit tussendeel komt de poëzie zoals Van den Braembussche die beschouwt (in zijn kernthema’s) als een rode draad terug.
Van den Braembussche is een beschrijvend dichter. Hij gebruikt de taal om situaties en gebeurtenissen maar ook gevoelens te beschrijven in heldere taal, in herkenbare strofen en staat daarmee aan de ene kant in een literaire traditie en aan de andere kant verkondigt hij middels thematiek en filosofische soms mystieke inslag een heel eigen geluid. In een gedicht als ‘Af en aan’ Rumi indachtig, uit ‘Moments de grâce’ komt dat duidelijk naar voren.
.
Af en aan
Rumi indachtig
.
Dansend in het
ongehoorde gaf ik je
de binnenkant van mijn ziel.
.
Daar waar betekenis
er niet meer toe doet.
.
Daar waar enkel nog heerst
pure resonantie,
de echo van een stervend lied.
.
Waar dans duisternis wordt,
duisternis een onmetelijke dans.
.
Waar alles af en aan danst
nooit-eindigend,
terwijl de dichter enkel nog
naar woorden tast.
.
In het deel dat over de Corona pandemie gaat is zijn poëzie directer, plaatsbaar in de situatie zoals in het gedicht ‘Lockdown’: Niet alleen de eenzaamheid / kwam handen tekort. Ook de hoop die over / balustrades boog. Of in het openingsgedicht ‘Corona’: In overvolle ziekenzalen / in luidkeelse bedden / tast de dood in het rond. Ongenadig. / Longnabij.
Persoonlijk werd ik het meest gegrepen door de ‘Ode aan Paul Celan’ een cyclus van vier delen met als titel ‘Ein-sof’ (wat uit de Kabbalah komt en zoveel betekent als oneindig, zonder einde). Van den Braembussche schreef dit op uitnodiging van Carl de Strycker voor de Poëziekrant ter gelegenheid van het Celan-jaar in 2020 (honderd jaar daarvoor geboren, vijftig jaar daarvoor overleden). Het gedicht verscheen in de Poëziekrant nummer 2 in 2020.
Waar Celan in zijn poëzie spaarzaam omgaat met woorden en schrijft op de rand van het zwijgen, gebruik makend van gewaagde metaforen en neologismen, die hij voor een deel haalde uit lectuur van geologische boeken, daar put Van den Braembussche uit zijn eigen filosofisch idioom: Sterf voor je sterft, / zegt de mysticus. / Wij hebben in het kamp / en de rookblauwe, / ongeheelde herinnering / niets anders gedaan. / In herfst, getijde en het niets. / Ons stuk kauwend / op de tekens van het ongeziene.
De bundel ‘De schaduw van Morandi’ Gedichten 2018-2021 heeft een uitspraak van M. Vasalis als ‘motto’: “een dichter vertaalt. Geeft taal aan datgene uit zijn binnenwereld dat zelf geen woorden heeft.” Ik vind dat Van den Braembussche daarin goed geslaagd is. De bundel bevat twee illustraties, afbeeldingen van de kunstenaars Sofie Muller en Christian Clauwers.
.
Het zingend meisje
De stem der muze
.
In de loop der tijd heb ik verschillende exemplaren van de ‘Muze’ reeks verzameld ( bijvoorbeeld De muze op zee, 2 muzen, De muze viert feest en De muze en Europa) en ik dacht een nieuw exemplaar aan deze reeks te kunnen toevoegen toen ik ‘De stem der muze’ kocht. Maar dit was niet het geval. Waren de exemplaren uit de Muze reeks allemaal Boekenweek geschenken, dat is ‘De stem der muze’ niet. Deze in 1961 uitgegeven bundel met als ondertitel ‘een bundel moderne gedichten om voor te dragen samengesteld door P. Maassen’ is een losse uitgave van uitgeverij J.M. Meulenhoff.
De bundel begint met een ‘Open brief’ of een inleiding van toneelspeler en voordrachtskunstenaar Hans Tiemeyer gericht aan ‘de jongeren van Nederland’. In een gloedvol betoog richt Tiemeyer zich tot de Nederlandse jongeren met de boodschap dit boek aan te schaffen, bij zich te dragen en regelmatig een gedicht eruit te lezen, waarna hij verder ingaat op de melodie, de muziek en het het metrum van de gedichten. Hij pleit er ook voor om de gedichten ‘mee te zingen’om ze zo eigen te maken.
Hij eindigt de brief met: “Nou nog een enkel woord over het meezingen zelf, het voordragen dus: doe het voor jezelf, net zolang tot je alles, maar dan ook alles weet wat de dichter bedoelde. Je zult gelukkig zijn met dit te weten, deel het dan mee aan iemand die je dierbaar is, laat hem of haar delen in je geluk en als je helemaal zeker bent van jezelf, draag het dan aan meer mensen voor. Door dit delen van je rijkdom word je zelf niet armer en worden zij rijker, want ‘Verzen zijn onsterfelijke geschenken’. ”
Ik kan het niet meer eens zijn met hem. Ook daarom een gedicht uit deze bundel van de Vlaamse dichter Karel Jonckheere (1906 – 1993). Deze wereldreiziger bezocht vele delen van de aardbol en zijn reizen waren een grote bron van inspiratie voor zijn gedichten.
.
Het zingend meisje
.
Zij wacht en rilt, als bloemen in de avondwind,
en voelt een tere bron zacht naar haar lippen vloeien.
Reeds deint de klamer in haar blik, die verten vindt,
waarin de melodie tot louter droom kan bloeien.
.
Zij zingt, alleen. Haar jonge, menselijke stem
schenkt aan elk slapend woord het glanzen van koralen;
soms fluistert zij om plots met innig schuchtre klem
de schone, wilde ziel uit éne klank te halen.
.
Wie luistert weet dat er muren zijn en tijd,
hij voelt zich weerom rijp voor reis en avonturen,
maar ook voor stilte en leed en oude innigheid,
en glimlacht wijs en hoopt dat ’t lied mag blijven duren.
.
Dichters Omnibus
Tweede bloemlezing
.
In 1954 verscheen de eerste editie van de ‘Dichters Omnibus’. Een bloemlezing uitgegeven door ESSO Nederland N.V., onder haar ‘relaties’ als nieuwjaarsgeschenk verspreid. Er verschenen achttien edities van.van de achttien edities mis ik alleen nog deel 1, 3, 4, 5, 6, 14, 17 en 18. De andere 10 delen heb ik door de jaren heen inmiddels bij elkaar verzameld. Mijn laatste aanwinst is deel 2 uit 1956 (blijkbaar werd 1955 overgeslagen).
Uit dit tweede deel een gedicht van dichter Pierre Kemp getiteld ‘Nieuw sterrenbeeld’.
.
Nieuw sterrenbeeld
.
Ze gaven me speelgoed om mij te doen vergeten:
je bent geboren.
Ik ben nu wel oud en moest alles weten,
maar wijl ik mijn speelgoed niet heb verloren,
niet gebroken of stuk gesmeten,
zal ik er eens mee tussen de sterren staan,
niet te kort bij de zon, niet te ver van de maan.
En de kinderen zullen het hun ouders tonen,
als zij om te spelen bij mij willen wonen.
.
Waarom poëzie zo belangrijk is
5 redenen
.
Dat poëzie belangrijk is hoef ik natuurlijk niet uit te leggen zou je zeggen. Iedereen die weleens poëzie leest (of schrijft) kent de kracht van het poëtisch woord. Toch ga ik een poging doen het nog eens uit te leggen. In algemene zin kun je stellen dat poëzie de geletterdheid bevordert , gemeenschappen bouwt, troost en hoop biedt en emotionele veerkracht bevordert.
Hieronder nog 5 specifieke redenen waarom poëzie belangrijk is.
Reden 1: Poëzie zorgt voor begrip en bouwt gemeenschappen
Poëzie kan kinderen (maar ook volwassenen) helpen om hun leven, met behulp van metaforen, beeldspraak en symbolische taal te schetsen als het gaat om pijnlijke ervaringen, of delen van zichzelf te beschrijven, als ze er nog niet aan toe zijn om deze te delen. In poëzie kun je deze dingen vaak op een anonieme manier kwijt. Maar poëzie kan je ook een stem geven, via grammatica, interpunctie, gebruik van kapitalen en onderkasten. Door het spel met de taal kun je je onderscheiden en verenigen.
Reden 2: Poëzie is ritme en muziek
Als je in poëzie niet alle woorden of betekenissen kan begrijpen, kun je toch het ritme voelen en de cadans van een gedicht. Je hoeft niet altijd de volle betekenis van een gedicht te kennen om er toch van te kunnen genieten. In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht bij kinderen, kunnen met name jongens worden gegrepen door het ritme en rijm. Het is de meest kinesthetische van alle literatuur, het is fysiek en vol smaak. Poëzie zet je letterlijk en figuurlijk in beweging.
Reden 3: Poëzie zet de deur open naar spreken en luisteren
Als je kijkt naar slam-poëzie of spoken word weet je meteen wat ik bedoel. Ook mensen die misschien niets hebben met de klassieke vormen van poëzie worden vaak gegrepen door de manier waarop juist deze vormen van poëzie worden gebracht. De authenticiteit van deze vormen zorgt zo voor een eigen publiek.
Reden 4: Poëzie geeft mensen die Nederlands leren ruimte
Omdat gedichten regels trotseren, kan poëzie heel toegankelijk zijn voor mensen die nog beperkt zijn in hun woordenschat. Bovendien, poëzie is universeel. Het lezen van poëzie in de eigen taal, kan helpen werelden en talen te overbruggen.
Reden 5: Poëzie helpt je bij het opbouwen van veerkracht
Het lezen en schrijven van poëzie bevordert het sociale en emotionele leren. Een goed geschreven zin in een gedicht kan je helpen om een ervaring op een geheel nieuwe manier te zien of te beleven. Op die manier kunnen inzichten die we hebben, ons nieuwe inzichten en kracht geven. William Butler Yeats zei dit over de poëzie: ‘Het is bloed, verbeelding en intelligentie samen. Het gebiedt ons de wereld te raken en te proeven, te horen en te zien, en het krimpen van alles wat er in de hersenen plaats vindt.
.
Met dank aan Elena Aguilar
Afbeelding BRRT Grafisch
Duizendmaal gedeeld
Delingen
Vandaag is een bijzondere dag voor me, gek als ik ben op statistiekjes. Vandaag werd voor de duizendste maal een bericht van me gedeeld ( en 1001 erachteraan). Zet dat af tegen de iets meer dan 1400 berichten die ik heb geplaatst, dan geeft dat voor mij aan dat wat ik doe gewaardeerd wordt of herkend of iets anders maar in ieder geval ben ik er blij mee.