Site-archief
Deze kant boven
C. Buddingh’
.
Vorige maand heb ik een paar oudere bundels van C. Buddingh’ (1918-1985) gekocht en lezend in deze bundels wordt mijn waardering voor Buddingh’ als dichter steeds groter. Waar ik in het verleden nog weleens dacht dat Buddingh’ de boel in de maling nam met korte gedichten die vooral grappig waren en die je snel weer vergat, nu kijk ik daar toch wat anders naar. Zijn fantasie en manier van dichten is zo eigen. Een gedicht van Buddingh’ pik je er zo uit. De typografie, zijn eigenzinnige kijk op de taal en de poëzie, en zijn experimenteerdrang kenmerken zijn gedichten.
Op de achterkant van de bundel ‘Deze kant boven’ uit 1965 lees ik: “Jaren vóór de experimentelen het bolwerk der vaderlandse poëzie bestormden en innamen schreef hij experimentele gedichten; jaren vóór ‘de nieuwe stijl’ op haar beurt een knuppel in onze zwanenvijver wierp, vloeide uit zijn puntige pen het soort poëzie waarop deze jongste stroming in onze dichtkunst haar program zou baseren”.
In deze bundel staan nog steeds de korte puntige (bijna Luule-achtige) gedichtjes als:
.
spreker
.
de spreker betoogde
wat betoogde de spreker?
ja, dat zei de spreker niet
.
Maar ik kwam ook een wat langer, inhoudelijker gedicht tegen, getiteld ‘improvisatie’ met een motto van de Franse dichter Paul Eluard (1895-1952) ‘le ciel change’ ( De lucht verandert). Dit gedicht wil ik hier graag met jullie delen.
.
improvisatie
.
le ciel change
paul eluard
.
welaan dan: de lucht verandert:
er komen kleine witte wolkje, ziet u wel
(de meteorologen zullen er ongetwijfeld
een naam voor hebben) ze drijven op blauw
(denkt u, maar vanzelfsprekend
is dat gezichtsbedrog)
als mollige meisjes in een natuurbad-
jaja als ik het niet dacht:
natuurlijk moeten er weer meisjes bij komen
(u kunt ook geen vijf minuten
zonder erotiek)
nu vooruit dan, van mij mag het: droom dus gerust
van mollige jonge meisjes
als u naar een stel schapewolkjes kijkt
.
(de zinnen zijn er tenslotte)
.
Joan Miró
Een boomkruiper
.
Afgelopen weekend was ik bij museum Beelden aan zee in Scheveningen. Daar is momenteel een tentoonstelling van werk van Joan Miró (en van Jean Arp, ook zeer de moeite waard). Het werk van Miró (1893-1983) dat tentoongesteld wordt is veelzijdig en interessant. Wat minstens zo interessant is, is de bijbehorende handleiding langs de beelden in het museum. Daarin wordt aan de hand van zijn beeldhouwwerken het verhaal van zijn leven verteld. Zo las ik dat Miró in nauw contact stond met dichters als Paul Éluard (1895-1952) en André Breton (1896-1966). Maar Miró schreef ook zelf gedichten maar daar heb ik geen voorbeelden van kunnen vinden.
Waarschijnlijk omdat Miró geen onderscheid maakte tussen de verschillende disciplines (schilderkunst, beeldhouwwerk, poëzie). Een voorbeeld van dergelijke ‘poem-paintings’, de zogenaamde droomschilderijen waarin hij poëtische teksten en losse woorden verwerkte is ‘ceci est la couleur de mes rêves’ uit 1925.
.
.
Maar Miró illustreerde ook dichtbundels van bijvoorbeeld René Char (1907-1988). Na de tweede wereldoorlog verschenen vier uitgaven van deze twee kunstenaars waaronder ‘Le chien de cœur’ uit 1966.
.
.
De tentoonstelling van Miró (en Arp) in Mueseum Beelden aan zee kan ik iedereen van harte aanbevelen. Vooral omdat er werk te zien is dat voor het eerst buiten Spanje te zien is én er zijn twee studies te zien waarvan er één voor het eerst in een museum. Omdat ik geen gedicht kon vinden van Miró heb ik gekozen voor de dichter René Char met wie Miró samen heeft gewerkt. Uit ‘Grenzend aan Van Gogh’ Les voisinages de Van Gogh in een vertaling van Clasine Herring, komt het gedicht ‘Een boomkruiper’.
.
Een boomkruiper
.
Gedicht in een film
Paul Éluard en Lee Miller
.
Afgelopen week bezocht ik de bioscoop om daar de film ‘Lee’ te kijken. ‘Lee’ gaat over het leven van fotograaf en fotojournalist Lee Miller (1907-1977), een bijzondere film met in de hoofdrol Kate Winslet. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was Lee Miller oorlogscorrespondent voor Vogue , waar ze verslag deed van gebeurtenissen als de London Blitz , de bevrijding van Parijs en de concentratiekampen Buchenwald en Dachau . Haar reputatie als kunstenaar op eigen titel is vooral te danken aan de ontdekking en promotie van haar werk als mode- en oorlogsfotograaf door haar zoon, die na haar dood haar fotoarchief ontdekte en ontsloot. Hij ontdekte ongeveer zestigduizend foto’s, negatieven , documenten, dagboeken, camera’s, liefdesbrieven en souvenirs in kartonnen dozen en kisten op de zolder van Farley Farm na de dood van zijn moeder.
In de film is dit allemaal, uiteraard zou ik bijna zeggen, wat geromantiseerd. Maar wat wel op ware feiten berust is haar vriendschap met de Franse dichter Paul Éluard (en Pablo Picasso en Jean Cocteau). In de film ‘Lee’ komt op enig moment dat Lee Miller in Frankrijk is om verslag te doen van de invasie door de geallieerden in Frankrijk, een vliegtuig overvliegen die pamfletten uitstrooit. Op deze pamfletten staat het gedicht ‘Liberté’ van dichter Paul Éluard (1895-1952) afgedrukt. Dit berust op waarheid, pamfletten met het gedicht werden door geallieerde vliegtuigen van de Royal Air Force boven bezet gebied in Frankrijk uitgestrooid als teken van hoop.
De Franse tekst van het gedicht is voor de eerste keer gepubliceerd op 3 april 1942 in de clandestiene poëziebundel ‘Poésie et Vérité’. De dichter Paul Éluard behoorde tot de stroming van het Surrealisme. Hij was in tegenstelling tot bijvoorbeeld één van de oprichters van deze stroming, André Breton, maatschappelijk zeer geëngageerd. Met Louis Aragon zat hij in het verzet. De gedichten uit de bundel zijn allemaal verzetspoëzie, bedoeld om de verzetsstrijders te steunen in hun hoop op de overwinning.
Hieronder de Nederlandse vertaling van het gedicht in een vertaling van Paul Claes. Lees je liever de Franse tekst klik dan hier.
.
Vrijheid
.
Op mijn schoolschriften
Op mijn bank en de bomen
Op het zand op de sneeuw
Schrijf ik je naam
Op elke bladzij die ik las
Op elke blanco bladzij
Steen bloed papier of as
Schrijf ik je naam
Op de vergulde beelden
Op de wapens van krijgers
Op de kroon van koningen
Schrijf ik je naam
Op het oerwoud de woestijn
Op de nesten op de brem
Op de galm van mijn jeugd
Schrijf ik je naam
Op de wonderen van de nachten
Op het wittebrood van de dagen
Op de verloofde seizoenen
Schrijf ik je naam
Op al mijn lapjes hemelblauw
Op de vijver muffe zon
Op het meer frisse maan
Schrijf ik je naam
Op de velden op de einder
Op de wieken van vogels
En op de schaduwmolen
Schrijf ik je naam
Op elke wasem dageraad
Op de zee op de boten
Op de uitzinnige berg
Schrijf ik je naam
Op het schuim van de wolken
Op het zweten van de storm
Op de logge lome regen
Schrijf ik je naam
Op de flikkerende vormen
Op de klokken van de kleuren
Op de waarheid van de natuur
Schrijf ik je naam
Op de ontwaakte paden
Op de ontplooide wegen
Op de overvolle pleinen
Schrijf ik je naam
Op de lamp die oplicht
Op de lamp die uitdooft
Op mijn huizen allemaal
Schrijf ik je naam
Op de doorgesneden vrucht
Van de spiegel en mijn kamer
Op mijn bed lege schaal
Schrijf ik je naam
Op mijn lieve gulzige hond
Op zijn gespitste oren
Op zijn onbeholpen poot
Schrijf ik je naam
Op de springplank van mijn deur
Op de vertrouwde dingen
Op de vloed van heilig vuur
Schrijf ik je naam
Op al het vereende vlees
Op het voorhoofd van mijn vrienden
Op elke uitgestoken hand
Schrijf ik je naam
Op de ruit van de verrassing
Op de aandachtige lippen
Hoog boven de stilte uit
Schrijf ik je naam
Op mijn verwoeste schuilplaatsen
Op mijn ingestorte vuurtorens
Op de wanden van mijn verveling
Schrijf ik je naam
Op het gemis zonder begeerte
Op de naakte eenzaamheid
Op de treden naar de dood
Schrijf ik je naam
Op de herwonnen gezondheid
Op het geweken gevaar
Op de hoop zonder heimwee
Schrijf ik je naam
En door de kracht van een woord
Begin ik aan een nieuw leven
Ik besta om jou te kennen
Om jou te noemen
Vrijheid.”
Kom met een gesis van vleugels
Leda
.
Aan de vormgeving van dichtbundels wordt over het algemeen vrij veel aandacht besteed. Omdat de vorm en omvang van een dichtbundel meestal gering is, is een opvallende vormgeving, kwaliteit en aantrekkelijkheid belangrijk om op te vallen. Ik zie met enige regelmaat nog dichtbundels, meestal in eigen beheer uitgegeven of bij een ‘uitgeverij’ die het niet zo nauw neemt met de vormgeving of de druk/papiersoort/inhoud, waar ik niet heel blij van word. En het is echt niet zoveel moeite om voor niet al teveel geld iets moois te maken.
Aan de andere kant van het spectrum zijn er bundels die niet alleen met heel veel zorg voor de vormgeving en de kwaliteit (ja ook in eigen beheer uitgegeven bundels zitten hierbij) zijn uitgegeven maar nog iets extra’s brengen. Door omvang, papierkeuze, illustraties en door hun kunstzinnige vormgeving. Zo’n bundel is ‘Kom met een gesis van vleugels’ uit 1987, uitgegeven door Athabasca met tekeningen van Charlotte Mutsaers.
In deze bundel zijn 10 gedichten opgenomen over het thema Leda en de zwaan. De bundel werd samengesteld door Jan Gielkens en Pauline Tonkens en typografisch verzorgd door Herman Dommisse. Deze bundel op A4 formaat verscheen in een oplage van 1500 stuks en 200 werden er Romeins genummerd en gesigneerd door Mutsaers. En er werd een gesigneerde zeefdruk in kleuren aan toegevoegd. Helaas heb ik een exemplaar van de 1500 maar desalniettemin is het een prachtig boek dat werd gedrukt op 200 gram Velasques papier (voor de kenners).
In de bundel staan dus 10 gedichten, allemaal voorzien van illustraties en in het geval van buitenlandse dichters ook voorzien van de tekst in de oorspronkelijke taal. De dichters zijn niet te eerste de beste: W.B. Yeats, Getrud Kolmar, Christine D’haen, H. Marsman, Aleksandr Puskin, D.H. Lawrence, Rainer Maria Rilke, Antoine-Vincent Arlnault, Paul Eluard en Marin Sorescu.
Nog even om het geheugen op te frissen of de kennis bij te spijkeren: Leda is bekend door het verhaal van ‘Leda en de zwaan’. De Griekse oppergod Zeus was verliefd op haar, maar kon haar niet overtuigen met hem geslachtsgemeenschap te hebben, hiertoe veranderde hij zichzelf in een zwaan en overweldigde Leda. Beschaamd om wat er gebeurd was, had Leda gemeenschap met haar man die avond en na negen maanden kreeg zij kinderen, die volgens zekere overleveringen uit een ei kwamen.
Zoals ik al schreef, de gedichten zijn van beroemde dichters en stuk voor stuk de moeite waard. Ik koos voor het gedicht van de Franse dichter Antoine-Vincent Arnault (1766-1834) met het gedicht ‘Sur Leda’ of zoal;s het in de Nederlandse vertaling van J. van Dijk heet ‘Over Leda’.
.
Over Leda
..
Waarom gelooft u niet dat Leda,
die eens de duivel zelf verleidde,
met een zilvervleugelige minnaar vrijde
op een ochtend, heel tevreden?
.
Helaas bestaat ze nog, die zeldzame
manier van lieven om elkander te behagen.
’t Verschil is dat het heden ten dage
Uilskuikens zijn in plaats van zwanen.
.
Liefdesgedicht
Paul Éluard
.
De Franse dichter Paul Eluard (1895 – 1952) schreef een bijzonder liefdesgedicht dat ik vandaag op deze mooie dag, graag met je deel. Medeplichtigheid tussen twee geliefden betekent ook elkaar begrijpen zonder zich in woorden uit te drukken. Dit is wat Éluard bedoelt in het gedicht ‘Praat om te zwijgen’.
.
Praat om te zwijgen
.
parlare
zonder iets te zeggen
mededeling
in stilte
de behoeften van de ziel
geef stem
aan de rimpels van het gezicht
aan de wimpers
in de mondhoeken
parlare
handen vasthouden
wees stil
handen vasthouden
.
De verliefde
Paul Éluard
.
De Franse dichter Paul Éluard (1895-1952) was naast dichter tevens een van Frankrijks bekendste surrealisten. Éluard was een zeer sociaal bewogen mens. In de Spaanse burgeroorlog vocht hij als lid van de Franse communistische partij mee tegen dictator Franco, in de tweede wereldoorlog sloot hij zich aan bij het Franse verzet en na de oorlog was hij betrokken bij het verzet van de Griekse partizanen. Éluard (en zijn vrouw Gala die later Salvador Dali trouwde) waren goed bevriend met Max Ernst, de Duitse surrealistische schilder.
Toch is in zijn werk het surrealisme niet altijd heel prominent aanwezig. Zo is het gedicht ‘De verliefde’ of ‘L’amoureuse’ in een vertaling van Hans van Straten dat staat in de bundel ‘De moderne Franse poëzie, een anthologie’ uit 2001, meer een liefdesgedicht dan een surrealistisch gedicht, al heeft het hier en daar surrealistische verwijzingen.
.
De verliefde
.
Zij staat over mijn oogleden
en haar haren zijn in de mijne,
zij heeft de vorm van mijn handen,
zij heeft de kleur van mijn ogen,
zij verzinkt in mijn duister
als een steen op de hemel.
.
Zij heeft haar ogen altijd open
en laat mij niet slapen.
Haar dromen in het volle licht
slaan wolken uit de zonnen
laten mij lachen, huilen en lachen,
en praten zonder iets te hoeven zeggen.
.
Spiegel internationaal
René Char
.
In 1988 verscheen bij uitgeverij Meulenhoff de bundel ‘Spiegel Internationaal’ moderne poëzie uit 21 talen. De bundel werd samengesteld door Maarten Asscher en Laurens Vancrevel en bevat poëzie uit 21 taalgebieden van over de hele wereld (met een nadruk op Europese landen). Een aantal dichters is zeer bekend en beroemd (Günter Grass, T.S. Eliot, Seamus Heaney, Primo Levi, Octavio Paz, Anna Achmatova) maar er staan ook, voor mij, verrassingen in zoals de dichter René Char (1907 – 1988) uit Frankrijk.
Char publiceerde in 1929 zijn eerste poëziebundel en werd in zijn beginjaren aangemoedigd door Paul Éluard, een van de bekendste Franse Surrealisten. Hij trok naar Parijs, waar hij onder meer André Breton en Louis Aragon leerde kennen. In 1934 vestigde hij zijn naam met de ‘Le marteau sans maître’, een van de belangrijkste dichtbundels voortgekomen uit het surrealisme van de periode 1929-1934. Uit de bundel spreekt een samenballing van krachten die ook zijn latere werk zal kenmerken. Invloeden van Nietzsche zijn herkenbaar, maar wel steeds vanuit een originele eigen visie.
In de oorlog zit Char in het verzet maar blijft schrijven. Kort na de oorlog publiceert hij zijn bekende bundel ‘Fureur et mystère’ (1948), waarin een intense bewogenheid doorklinkt en het mysterie van de tederheid centraal staat. Deze bundel werd opgenomen in Les Mondes ‘100 boeken van de eeuw’. Char nam na de oorlog vaak openlijk politieke standpunten in. Vanaf de jaren zestig klinkt steeds sterker de angst en de hoop van het tijdsgewricht door in zijn poëzie. In die periode keerde hij zich onder andere publiekelijk tegen de stationering van atoomraketten in de Provence.
Char was goed bevriend met veel (bekende) kunstenaars als Albert Camus, Pablo Picasso, Joan Miró en Wassily Kandinsky.
In Spiegel Internationaal staat onder andere het gedicht ‘Pyreneeën’ in vertaling van Clasine Heering.
.
Pyreneeën
.
Gebergte van de grotelijks bedrogene,
Op de spits van uw koortsige torens
Verzwakt de laatste lichtschijn.
.
Niets dan leegte en lawine,
Treurnis en nood!
.
Al die karig-beminde troubadours
Zagen binnen het bestek van die éne zomer
Hun zoet en pessimistisch koninkrijk wit kleuren.
.
O! onverbiddelijk is de sneeuw
Die zich verheugt in lijden aan haar voeten,
Die wil dat wie geleefd heeft in het zand
IJskoud verstijfd zal sterven.
.

















