Site-archief
C.S. Lewis en Joy Davidman
Poëzie in ‘Shadowlands’
.
Afgelopen weken keek ik naar ‘Shadowlands’, een film van Richard Attenborough uit 1993 over (een deel) van het leven van de Engelse schrijver C.S. Lewis. In de film gaat het over de liefdesgeschiedenis tussen C.S. (Jack) Lewis (1898 – 1963) en de Amerikaanse schrijver en dichter Helen Joy Davidman (1915 – 1960). Lewis was een beroemde, in Ierland geboren schrijver, letterkundige en christelijk apologeet, vooral bekend van de serie ‘De kronieken van Narnia’ welke door de BBC als televisieserie en later door Disney als films (enkele van de 7 delen) zijn uitgebracht.
Joy Davidman is de vrouw met wie Lewis enige jaren getrouwd was tot haar dood door kanker in 1960. Ze ontmoeten elkaar in 1952 en de jaren daarna tot aan haar dood vormen het verhaal van ‘Shadowlands’ waarin Anthony Hopkins en Debra Winger de hoofdpersonen vertolken.
Joy Davidman had in de Verenigde Staten, waar ze vandaan kwam, al haar sporen verdient op poëtisch gebied. Zo won ze met haar bundel ‘Letter to a Comrade’ de Yale Series of Younger Poets Competition in 1938 en de Russel Loines Award for Poetry in 1939.
In het begin van de film wordt bij Lewis bekend dat Joy gedichten schrijft. Hoewel ze eerst aarzelt draagt ze vervolgens het gedicht ‘Snow in Madrid’ voor aan hem. Omdat ik dit zo’n mooi gedicht vind (het gedicht is gebaseerd op de mannen die in de Spaanse burgeroorlog vechten tegen de fascisten, hoewel Davidman daar nooit bij is geweest, zoals ze in de film aan Lewis toegeeft) heb ik het opgezocht en wil ik het hier delen.
.
Snow in Madrid
.
Softly, so casual,
Lovely, so light, so light.
The cruel sky lets fall
Something one does not fight.
.
Men before perishing
See with unwounded eye
For once a gentle thing
Fall from the sky.
.
De laatste van de beatgeneratie
Lawrence Ferlinghetti
.
Afgelopen maandag overleed op 101 jarige leeftijd Lawrence Ferlinghetti (1919-2021) de laatste dichter, schrijver die nog leefde uit de tijd van de befaamde beatgeneration. In 1953 begon Ferlinghetti in San Francisco, samen met Peter D. Martin (uitgever van het magazine ‘City Lights waar Ferlinghetti in debuteerde als dichter), die zich na twee jaar terugtrok, de fameuze City Lights Bookstore, die snel uitgroeide tot een trefpunt voor avant-gardistische schrijvers.
Hij werd er uitgever van de Pocket Poet Series waarmee hij de toen nog sterk controversiële ‘beatpoëzie’ van bijvoorbeeld Allen Ginsberg, Jack Kerouac en Gregory Corso stimuleerde. Als lid van de poëziebeweging San Francisco Renaissance debuteerde Ferlinghetti in 1955 met de bundel ‘Pictures from the Gone World’. Net als in ‘A Coney Island of the Mind’ (1958) en ‘Starting from San Francisco’ bevat deze bundel gedichten die primair bedoeld zijn om in het openbaar gelezen te worden, vol retoriek en herhalingen, vaak begeleid door jazzmuziek, een soort spoken word poetry avant la lettre.
Zijn gedichten spelen sterk in op de actualiteit, nodigen uit tot discussie en roepen op tot persoonlijke stellingname. Een voorbeeld hiervan is zijn tegen Richard Nixon gerichte satire ‘Tyrannosaurus Nix’. Mede door het publieke karakter krijgt Ferlinghetti wel het verwijt dat zijn poëzie clichématig is en gericht op effect.
Ook vertaalde hij poëzie uit het Frans, onder wie Jacques Prévert. Veel werk van Ferlinghetti werd op muziek gezet door vooraanstaande popartiesten, onder wie Roger McGuinn en Bob Dylan. Ferlinghetti bleef tot op hoge leeftijd actief schrijven en schilderen. Zijn laatste bundel ‘Poetry as an insurgent art’ verscheen in 2007.
Uit zijn bundel ‘How to paint sunlight’ uit 2001 komt het gedicht ‘The changing light’.
.
The Changing Light
.
The changing light at San Francisco
is none of your East Coast light
none of your
pearly light of Paris
The light of San Francisco
is a sea light
an island light
And the light of fog
blanketing the hills
drifting in at night
through the Golden Gate
to lie on the city at dawn
And then the halcyon late mornings
after the fog burns off
and the sun paints white houses
with the sea light of Greece
with sharp clean shadows
making the town look like
it had just been painted
But the wind comes up at four o’clock
sweeping the hills
And then the veil of light of early evening
And then another scrim
when the new night fog
floats in
And in that vale of light
the city drifts
anchorless upon the ocean
.
Joy Harjo
Dichter laureate
.
De dichter-laureaat van de Verenigde Staten ( een soort Dichter des Vaderlands) wordt jaarlijks benoemd door de Bibliothecaris van het Congress. De termijn van dichter-laureaat is een jaar, die duurt van september tot mei, in tegenstelling tot de Dichter des Vaderlands die voor twee (kalender) jaar wordt gekozen. De Amerikaanse dichter-laureaat geeft altijd een lezing in de Library of Congress en houdt zich vaak bezig met een gemeenschapsgericht poëzieproject met nationaal bereik.
De positie van Consultant in Poetry is in 1936 bedacht door een filantroop genaamd Archer M. Huntington, die een leerstoel voor poëzie van de Engelse taal in de Library of Congress had. Het jaar daarop werd Joseph Auslander de eerste “Consultant in Poetry to the Library of Congress”. Hij bekleedde deze rol tot 1941, toen Archibald MacLeish, de toenmalige bibliothecaris van het Congres, een termijn van een jaar instelde voor deze functie. Pas in 1986 werd de titel veranderd in Poet Laureate Consultant in Poetry, of kortweg Poet Laureate (Dichter-laureaat). Deze functie is bij wet vastgelegd. In de Verenigde Staten is het niet ongebruikelijk dat iemand die deze positie een jaar bekleed, er een tweede termijn bij krijgt.
Aaanvankelijk lag de nadruk bij de positie van (toen nog Advisor in plaats van Consultant) meer op het ontwikkelen van de bibliotheekcollecties. Toen de functie overging in die van Consultant kwam de nadruk meer te liggen op het organiseren van lokale poëzielezingen, lezingen, conferenties en outreach-programma’s. Meer informatie over deze functie (verdeling man/vrouw, termijnen, vergoedingen, projecten en veel meer) kun je vinden op deze website https://www.loc.gov/programs/poetry-and-literature/poet-laureate/poet-laureate-history/
De huidige Consultant in Poetry to the Library of Congress is Joy Harjo (1951). Harjo (benoemd in juni 2019) is een Amerikaanse dichter, muzikant, toneelschrijver en auteur. Zij is de eerste Native American die deze eer toekomt. Ze is ook pas de tweede Poet Laureate Consultant in Poetry die drie termijnen vervult zodat ze haar grote dichter-laureaat-project “Living Nations, Living Words” verder kan ontwikkelen en uitbreiden. In dit project brengt ze de verhalen en stemmen van de native americans (plat gezegd de inheemse Indiaanse bevolking) bij elkaar en plaats deze in een kaart van de Verenigde Staten.
Het gedicht ‘Perhaps the world ends here’ van Joy Harjo komt uit de bundel ‘The Woman Who Fell From the Sky’ uit 1994.
.
Perhaps the world ends here
.
The world begins at a kitchen table. No matter what, we must eat
to live.
.
The gifts of earth are brought and prepared, set on the table. So it
has been since creation, and it will go on.
.
We chase chickens or dogs away from it. Babies teethe at the
corners. They scrape their knees under it.
.
It is here that children are given instructions on what it means to
be human. We make men at it, we make women.
.
At this table we gossip, recall enemies and the ghosts of lovers.
.
Our dreams drink coffee with us as they put their arms around
our children. They laugh with us at our poor falling-down
selves and as we put ourselves back together once again at the
table.
.
This table has been a house in the rain, an umbrella in the sun.
.
Wars have begun and ended at this table. It is a place to hide in
the shadow of terror. A place to celebrate the terrible victory.
.
We have given birth on this table, and have prepared our parents
for burial here.
.
At this table we sing with joy, with sorrow. We pray of suffering
and remorse. We give thanks.
.
Perhaps the world will end at the kitchen table, while we are
laughing and crying, eating of the last sweet bite.
.
Wat is mogelijk?
Adrienne Rich
.
Adrienne (Cecile) Rich (1929 – 2012) was een politiek en sociaal geëngageerde Amerikaanse dichter, docent, essayist, woordvoerder voor de lesbische belangen en feministe. Rich studeerde in 1951 af aan Radcliffe College met een Bachelor of Arts-graad. Op de universiteit las ze moderne Britse en Amerikaanse dichters zoals Wallace Stevens, Robert Frost en W. H. Auden. Haar debuut als dichter met de bundel, ‘A Change of World’, gepubliceerd in hetzelfde jaar dat ze afstudeerde, toont de invloed van deze dichters. Haar carrière als schrijver werd gelanceerd toen ze in 1951, op 22-jarige leeftijd, door W. H. Auden werd gekozen voor de Yale Younger Poets Award.
Adrienne Rich werd een van de meest gelezen en invloedrijkste dichters uit de tweede helft van de 20e eeuw. In de vele dichtbundels die ze schreef is een stilistische evolutie merkbaar vanaf formele poëzie naar een meer persoonlijke en krachtige stijl. Tot haar bekendste gedichten behoren. Met ‘Diving into the Wreck’ (1973) won ze de National Book Award. Ze accepteerde deze prijs samen met twee finalisten, Audre Lorde en Alice Walker, in naam van alle vrouwen. Daarnaast werd ze onder meer bekroond met de Bollingen Prize in 2003 en in 2010 ontving zij de ‘Lifetime Recognition Award’ van de Griffin Poetry Prize.
Door de redactiefilosoof van MUGzine Marie-Anne Hermans werd ik gewezen op een bijzonder gedicht van Adrienne Rich getiteld ‘What is possible’. Wil je het gedicht luisteren? Ga dan naar https://comraderadmila.com/tag/adrienne-rich/ of lees het hieronder.
.
What is possible
.
A clear night if the mind were clear
.
If the mind were simple, if the mind were bare
of all but the most classic necessities:
wooden spoon knife mirror
cup lamp chisel
a comb passing through hair beside a window
a sheet
thrown back by the sleeper
.
A clear night in which two planets
seem to clasp each other in which the earthly grasses
shift like silk in starlight
If the mind were clear
and if the mind were simple you could take this mind
this particular state and say
This is how I would live if I could choose:
that is what is possible
.
A clear night. But the mind
of the woman imagining all this the mind
that allows all this to be possible
is not clear as the night
is never simple cannot clasp
its truths as the transiting planets clasp each other
does not so easily
work free from remorse
does not so easily
manage the miracle
for which mind is famous
or used to be famous
does not at will become abstract and pure
.
this woman’s mind
.
does not even will that miracle
having a different mission
in the universe
.
If the mind were simple if the mind were bare
it might resemble a room a swept interior
but how could this now be possible
given the voices of the ghost-towns
their tiny and vast configurations
needing to be deciphered
the oracular night
with its densely working sounds
.
If it could ever come down to anything like
a comb passing through hair beside a window
.
no more than that
a sheet
thrown back by the sleeper
.
but the mind of the woman thinking this is wrapped in battle
is on another mission
a stalk of grass dried feathery weed rooted in snow
in frozen air stirring a fierce wand graphing
.
Her finger also tracing
pages of a book
knowing better than the poem she reads
knowing through the poem
through ice-feathered panes
the winter
flexing its talons
the hawk-wind
poised to kill
.
Twee vliegen
Charles Bukowski
.
Ik was wat aan het browsen op de fijne website https://allpoetry.com/ waar je gratis lid van kunt worden. Een website vol poëzie van nu maar ook met een heerlijk archief aan klassiekers. Daar ronddolend kwam ik, zoals vaker, uit bij de poëzie van Charles Bukowski (1920 – 1994), een van mijn all time favoriete dichters (zeker in het Engels taalgebied). Een groot aantal gedichten kende ik al die ik daar las maar deze, ‘2 flies’ nog niet. De zin ‘I suffer insects’ is zo veelzeggend voor Bukowsky, die uit de kleine dingen in het leven iets groots en betekenisvols kan maken. Daarom hier het gedicht ‘2 Flies’.
.
2 Flies
.
The flies are angry bits of life;
why are they so angry?
it seems they want more,
it seems almost as if they
are angry
that they are flies;
it is not my fault;
I sit in the room
with them
and they taunt me
with their agony;
it is as if they were
loose chunks of soul
left out of somewhere;
I try to read a paper
but they will not let me
be;
one seems to go in half-circles
high along the wall,
throwing a miserable sound
upon my head;
the other one, the smaller one
stays near and teases my hand,
saying nothing,
rising, dropping
crawling near;
what god puts these
lost things upon me?
other men suffer dictates of
empire, tragic love…
I suffer
insects…
I wave at the little one
which only seems to revive
his impulse to challenge:
he circles swifter,
nearer, even making
a fly-sound,
and one above
catching a sense of the new
whirling, he too, in excitement,
speeds his flight,
drops down suddenly
in a cuff of noise
and they join
in circling my hand,
strumming the base
of the lampshade
until some man-thing
in me
will take no more
unholiness
and I strike
with the rolled-up-paper –
missing! –
striking,
striking,
they break in discord,
some message lost between them,
and I get the big one
first, and he kicks on his back
flicking his legs
like an angry whore,
and I come down again
with my paper club
and he is a smear
of fly-ugliness;
the little one circles high
now, quiet and swift,
almost invisible;
he does not come near
my hand again;
he is tamed and
inaccessible; I leave
him be, he leaves me
be;
the paper, of course,
is ruined;
something has happened,
something has soiled my
day,
sometimes it does not
take man
or a woman,
only something alive;
I sit and watch
the small one;
we are woven together
in the air
and the living;
it is late
for both of us.
.
E.E. Cummings
De Tweede Ronde
Ik ben een groot liefhebber van de poëzie van de Amerikaanse dichter E.E. Cummings (1894 – 1962). En hoewel ik het Engels uitstekend beheers is een vertaling van zijn poëzie toch erg prettig om te lezen. In het literaire tijdschrift De Tweede Ronde, jaargang 2, nummer 1 uit 1981 stonden een aantal gedichten van Cummings in vertaling van Peter Verstegen. De Tweede Ronde was een Nederlands literair tijdschrift met ruime aandacht voor vertalingen en verscheen tussen 1981 en 2010. Genoeg reden om hier een gedicht, dat is genomen uit ‘Eight Harvest Poets’ (1917) in vertaling en in het Engels, met jullie te delen.
.
Aan een president
Walt Whitman
.
Daags nadat bekend werd dat Joe Biden (1942) de nieuwe en 46ste president van de Verenigde Staten wordt wil ik graag een gedicht plaatsen dat een relatie heeft met deze verkiezing. Ik ben dus op zoek gegaan en kwam uit bij de Amerikaanse dichter Walt Whitman (1819-1892).
Whitman was een Amerikaans dichter, journalist en essayist wiens dichtbundel ‘Leaves of Grass’ een mijlpaal betekende in de geschiedenis van de Amerikaanse literatuur. Whitman maakte in zijn poëzie gebruik van het vrije vers, met lange, ritmische versregels die hij ‘organisch’ liet groeien. Leaves of Grass’ wordt als een meesterwerk beschouwd, geapprecieerd om de rijke beeldentaal, de vranke, ongeremde uitdrukking, kortom een poëziebundel die een frisse wind liet waaien in de Amerikaanse literatuur.
Whitman trouwde nooit, verliet nooit Amerika, streefde nooit bezit en rijkdom na, behoorde tot geen enkele vereniging en ging liever om met gewone mensen dan met rijken, en hij was altijd optimistisch en vrolijk. Hij was een aparte, imposante verschijning, groot van gestalte, traag bewegend, tolerant, democratisch, ontvankelijk, en tegenover iedereen vrijgevig en van goede wil.
Terug naar de verkiezing van de democraat Joseph R. Biden Jr. en het bijpassende gedicht ‘To A President’ van Whitman. “To a President” is gericht aan James Buchanan, de voorganger van Abraham Lincoln. Whitman vond Buchanan één van de slechtste presidenten ooit, vandaar de toon van het gedicht. ( met dank aan Bout Vercnocke). Hoewel ze elkaar nooit hebben ontmoet, werkten Abraham Lincoln en Walt Whitman elk aan een doel dat ze onbewust deelden: nationale eenheid. Lincoln’s doel als president van de Verenigde Staten was om de Unie te behouden, en Whitman promootte op dezelfde manier de eenheid onder de mensheid in zijn poëzie. Omdat Joe Biden een zelfde doel nastreeft (in tegenstelling tot de huidige president Trump) lijkt me dit gedicht heel toepasselijk. De vertaling is van mijn hand.
.
To A President
.
All you are doing and saying is to America dangled mirages,
You have not learn’d of Nature–of the politics of Nature, you have
not learn’d the great amplitude, rectitude, impartiality;
You have not seen that only such as they are for These States,
And that what is less than they, must sooner or later lift off from
These States.
.
Aan een president
.
Alles wat je doet en zegt is aan Amerika’s bungelende luchtspiegelingen,
Je hebt niets geleerd van de natuur – van de politiek van de natuur
je hebt niets geleerd van de grote omvang, rechtschapenheid en onpartijdigheid;
Je hebt niet gezien dat alleen zij die voor deze staten zijn,
En dat wat minder is dan zij, vroeger of later moet opstijgen
vanuit deze staten.
.
Louise Glück
Winnaar van de Nobelprijs voor de Literatuur 2020
.
Donderdag werd bekend dat de Nobelprijs voor de Literatuur dit jaar naar de Amerikaanse dichter Louise Glück gaat. Ik kende haar niet maar in een artikel over haar dat in het NRC verscheen kun je al veel informatie halen https://www.nrc.nl/nieuws/2020/10/08/zoeken-naar-het-universele-a4015223 .
Louise Glück (1943) debuteerde in 1968 met de bundel ‘Firstborn’ waarna nog 15 bundels volgden. Glück werd in 2003 benoemd tot ‘Poet Laureate Consultant in Poetry’ aan de Library of Congress, nadat ze daaraan van 1997 tot 2000 als ‘Special Bicentennial Consultant’ verbonden was geweest. Zij is assistent-hoogleraar en ‘Rosencrantz Writer in Residence’ aan Yale University. Belangrijke thema’s in haar werk zijn verdriet en verlangen als facetten van inspiratie, vaak verbonden met de natuur. Haar poëzie valt op door de openlijke expressie van droefenis en eenzaamheid. Door in haar gedichten eigen ‘personae’ in het leven te roepen verbindt ze autobiografische elementen met klassieke mythologie. Naast de Nobelprijs voor de Literatuur is de belangrijkste prijs die ze mocht ontvangen de Pulitzer Prize voor haar bundel ‘The Wild Iris’ uit 1992.
Dichter Erik Menkveld vertaalde in 2004 een aantal gedichten van Glück en haar gedicht ‘Sunset’ werd in zijn vertaling ‘Avondrood’.
.
Avondrood
.
Mijn grootste vreugde
is het geluid van jouw stem
als die me roept zelfs in wanhoop; mijn verdriet
dat ik je niet kan antwoorden
in een spraak die je als de mijne ervaart.
.
Je hebt geen vertrouwen in je eigen taal.
Dus hecht je gezag aan tekens
die je niet nauwkeurig kunt lezen.
.
En toch bereikt je stem me altijd.
En ik antwoord aanhoudend,
terwijl mijn woede luwt, naarmate de winter vergaat. Mijn tederheid
zou je duidelijk moeten zijn
in de koelte van de zomeravond
en in de woorden die uitgroeien
tot je eigen antwoord.
.
Sunset
.
is the sound your voice makes
calling to me even in despair; my sorrow
that I cannot answer you
in speech you accept as mine.
.
You have no faith in your own language.
So you invest
authority in signs
you cannot read with any accuracy.
.
And yet your voice reaches me always.
And I answer constantly,
my anger passing
as winter passes. My tenderness
should be apparent to you
in the breeze of summer evening
and in the words that become
your own response.
.















