Site-archief

Anton Korteweg

Brief

.

Schreef ik een paar dagen geleden nog over een gedicht van Willem van Toorn getiteld ‘Brieven’, vandaag voeg ik daar een gedicht aan toe getiteld ‘Brief’. Ik kocht afgelopen weekend in een kringloopwinkel in Brugge de bundel ‘Gedichten 1992’ uit de Poëziereeks van het David Fonds, samengesteld door Hubert van Herreweghen (1920-2016) en Willy Spillebeen (1932).

In die bundel staat dus het gedicht ‘Brief’ van Anton Korteweg (1944). Dit gedicht werd eerder gepubliceerd in het tijdschrift Maatstaf. jaargang 39 uit 1991.

.

Brief

.

Wat ik niet kan! Op dezelfde rij tegels

honderden meters fietsen als een streep

en nooit de randen zelf maar raken. Als

aan elke kant van me het land ook maar

tien centimeter lager lag, hoe snel

verzwolg de afgrond me. Tennissend met

m’n zoon mis ik geen bal, in het echt

maakt m’n vader me in. Maar je weet,

er is bij ons geen afgrond meer en

mijn vader, hoe lang is hij dood al.

.

O tijd, ik ben ziek van je

Nguyên Chí Thiên

.

De afgelopen week merk ik bij mezelf dat ik veel met poëzie bezig ben die zich verhoudt tot thema’s als verzet, hoop, troost, onderdrukking en geweld. Geen fijne thema’s maar wel erg actueel. En er is heel veel poëzie geschreven over deze onderwerpen. Vrijwel alle dichtbundels of verzamelwerken die Amnesty International publiceert (vaak in samenwerking met andere partijen) zoals blijkt uit dit bericht maar ook uit dit bericht en dit om maar een paar van de vele voorbeelden te noemen die ik al op dit blog beschreef.

Toen ik het boek ‘Ons gevoel van vrijheid’ uit 1999 tegenkwam in mijn boekenkast wilde ik er dan ook meteen in gaan lezen. Dit keer geen dichtbundel, verzamelbundel of bloemlezing maar een boek met verhalen, gedichten en kunst voor Amnesty International, samengesteld door Daan Bronkhorst. Onderdrukten uit heel veel landen van over de hele wereld krijgen in dit boek een stem. Beklende namen als Breyten Breytenbach (Zuid-Afrika), Günter Grass (Duitsland), Wisława Szymborska (Polen), Mahmoud Darwish (Palestina), Václav Havel (Tsjechië) en Joseph Brodsky (Rusland) maar ook een aantal onbekendere namen  uit landen die wat minder in de aandacht staan zoals Ramiz Rovshen (Azerbeidjan), Taslima Nasrin (Bangladesh) en Latiefa az-Zajjaat (Egypte).

Uit al deze getuigenissen en verhalen koos ik voor een dichter die ik niet kende, Nguyên Chí Thiên (1939-2012) uit Noord Vietnam. Nguyên Chí Thiên was dichter, activist en dissident en verbleef vanaf 1958 dertig jaar, met korte onderbrekingen, in gevangenissen en werkkampen in Vietnam.  In 1979, nadat hij vanwege het streng bewaakte terrein was gedwarsboomd in zijn oorspronkelijke plan om de Franse ambassade binnen te gaan, stormde Thien de Britse ambassade in Hanoi binnen met zijn manuscript van vierhonderd gedichten en de begeleidende brief. opgesteld in het Frans zoals bedoeld voor de oorspronkelijke bestemming. Hierna werd hij onmiddellijk opnieuw gearresteerd.

Tijdens deze gevangenschap werden de gedichten van Thiên, die hun weg naar het Westen vonden, in het Engels vertaald door Huỳnh Sanh Thông van de Yale Universiteit . Het werk won in 1985 de International Poetry Award in Rotterdam . Ook werd hij in 1986 door Amnesty International als gewetensgevangene geadopteerd. Twaalf jaar na het afgeven van zijn gedichten bij de ambassade  kwam hij vrij en uiteindelijk mocht hij zich in 1995 aansluiten bij de grote overzeese Vietnamese gemeenschap in de Verenigde Staten.

Naast de International Poetry Award kreeg Nguyên Chí Thiên in 1989 de PEN/Barbara Goldsmith Freedom to Write Award. In 1960 schreef hij het gedicht ‘O tijd, ik ben ziek van je’ dat in ‘Ons gevoel van vrijheid’ is opgenomen.

.

O tijd, ik ben ziek van je

.

O tijd, ik ben ziek van je.

Elke minuut, elke seconde schroei je mijn ingewanden.

O dagen en maanden, waarom slepen jullie je voort?

Hoe moet ik deze beproeving dragen?

Ik hoop, blijf hopen dat een gewelddadige dageraad

vandaag ver terug zal dringen,

vandaag tot een voorbije nachtmerrie zal maken,

dat elk graf door een andere truc

een wieg wordt en dat het leven terugkeert.

O tijd, ik smeek je

de dagen en maanden te verkorten

zodat ze mijn ingewanden niet meer zullen snijden –

laat de minuten en seconden niet langer

mijn leven cremeren.

.

 

Stoeppoëzie

Saint Paul

.

Gedichten op de stoep zijn geen nieuw gegeven. Zo schreef ik al eerder over gedichten op de stoep in Toronto  en in Boston maar in Saint Paul geven ze er toch net weer een andere draai aan. In Saint Paul  (Minneapolis) in de Verenigde Staten is sinds 2008 sprake van verfraaing van de stoepen aldaar middels het aanbrengen van gedichten op stoepen. Dit kunstproject begon in 2008 met de voormalige Public Art Saint Paul City-kunstenaar Marcus Young onder de naam ‘Everyday Poems for City Sidewalks’. Tegenwoordig is dit project verder geëvolueerde in de richting van het aanbrengen van zogenaamde stempels in het beton (stoepen zijn daar van beton) en is er het inzenden en beoordelen van poëzie bij gekomen.

Sidewalk Poetry 2023  zoals het project nu heet, accepteert poëzie-inzendingen in Dakota, Hmong, Somalisch, Spaans en Engels.  Hiermee wordt recht gedaan aan de opmerkelijke culturen en groepen die in de stad aanwezig zijn. Het wordt als een begin gezien, er kunnen er in de komende jaren nog andere talen aan worden toegevoegd. Voor de Sidewalk Poëziewedstrijd 2023 werden schrijvers gevraagd om na te denken over  ‘Network of Mutuality’ of de ‘verbondenheid van alle gemeenschappen’  uit  de brief van Dr. Martin Luther King Jr. uit de gevangenis van Birmingham , en de Dakota-filosofie van Mitákuye Owásiŋ ,  wat ‘al mijn relaties’ of ‘al mijn familieleden’ betekent. ” Wat betekenen deze uitingen van onderlinge verbondenheid voor jou?

Ook de curatoren van deze Sidewalk Poetry wedstrijd zijn van zeer divers pluimage: Kevin Yang (Hmong-Amerikaans), Marian Hassan (Somalisch-Amerikaans), Fong Lee (Hmong-Amerikaans), Thressa Johnson, Aesha Mohamed (Somalisch-Amerikaans), Tanagidan To Win (Inheems Amerikaans) en Michael Kleber-Diggs. Er werden meer dan 200 inzendingen gedaan en uit dit aantal zijn, na een lang beoordelingsproces door juryleden en curatoren, 15 gedichten gekozen, die in de zomer en herfst  van 2023 tot trottoirstempels moesten worden verwerkt en op de trottoirs van Saint Paul werden geplaatst.

Een van de gedichten die werden gekozen is van , de ook hier bekende dichter Anne Sexton (1928-1974). Blijkbaar werd niet alleen actueel werk van levende dichters toegestaan.

.

Of je haar hoort

als de stille ritmische golven

kabbelend op de eroderende kust

of als de dreunende schok van takken

bezwijken onder vers gevallen sneeuw,

slik de storm

generaties terugreiken.

Zij is daar.

Jouw waarheid.

Wacht tot je luistert, volg.

.

Dans voor de brievenbus

Pierre Kemp

.

In het gedicht ‘Dans voor de brievenbus’ doet een vrouw een brief op de brievenbus. Een gegeven dat we nu nog kennen als redelijk normaal (alhoewel, wie schrijft er nog brieven?) maar over een aantal jaren zal het aantal brievenbussen nog minder zijn dan nu (het is nu al soms zoeken) en de brief zal nog meer terrein verliezen (aan de digitale manier van corresponderen).

En toch blijft het een groot plezier om een brief of een ansichtkaart te krijgen met de post. Ik blijf ze dan ook gewoon schrijven. Voor de ware liefhebber hier het gedicht van Pierre Kemp (1886 – 1967) uit de bundel ‘Verzameld werk’ uit 1976.

.

Dans voor de brievenbus

.

Een vrouw met witte oren, zwart haar

en wangen haast wijnappels-paar,

danst naar een rode brievenbus,

aldus.

.

Ik hoor haar grijze hakken slaan

onder de snede van haar kusorgaan,

aldus.

.

De top van haar neus en de kim

van haar kin schermen met een zonneglim,

aldus.

.

Haar brief met een internationale kus

laat ze aarzelen voor de magische bus,

aldus.

.

Nu de brief van haar is heengegaan,

hoor ik haar grijze hakken slaan

de finale van haar dans voor de bus,

aldus, aldus, aldus!

.

Götterdämmerung

Johnny van Doorn

.

Johnny the Self-kicker schreef in 1963 een brief naar het tijdschrift ‘Podium’ waarin hij uiteen zette dat hij in financiële nood verkeerde en zich gedwongen zag het tijdschrift vier verzen toe te sturen uit zijn nieuwe bundel ‘DE NIEUWE MONGOLEN’. De vier bijgevoegde gedichten; ‘De terreur van de tongval’, ‘Vers’, ‘Op de rand van het verdoemd voorgevoel’, en ‘De stofnaalden der opwaartsgelegen stelsels’ zouden uiteindelijk niet in de bundel ‘Een nieuwe mongool’ verschijnen. Toch zorgde deze brief ervoor dat Johnny van Doorn (1944 – 1991) met deze gedichten zou debuteren.

In de bundel ‘Droom vrijuit’ uit 2014 waarin alle gedichten van Johnny van Doorn zijn opgenomen staat achterin deze brief in zijn geheel afgedrukt. Hoewel de titels van zijn proza bij mij en vele anderen beter bekend zijn (‘Gevecht tegen het zuur’ en ‘De geest moet waaien’) heeft Johnny van Doorn onmiskenbaar zijn stempel gedrukt op de poëzie in de jaren ’60. In ‘Droom vrijuit’ zijn de bundel ‘Een nieuwe mongool’ uit 1966 en ‘De heilige huichelaar’ uit 1968 in zijn geheel opgenomen evenals een aantal losse gedichten die in tijdschriften zijn gepubliceerd.

Zo ook het gedicht met de altijd intrigerende titel ‘Götterdämmerung’.

.

Götterdämmerung

.

3 ijslollies pers ik

Hardhandig in haar zwangere

Gecorsetteerde buik &

Sardonisch hijg ik in

Haar te kleine oren

Een kompleet giftige

Maalstroom van

Woorden & woorden:

Van tot tot teen

Schiet een zwavelige

Vlam door haar heen &

Akelig gillend ver-

Koolt ze onder haar

Pikante peignoir

Tot 5 vierkante cm.

Grijs bitter as &

Vol valsigheid

Kondig ik met een

Krijsende Eucalyptastem

De GötterDämmerung &

Het Laatste Oordeel

Aan &

Op de hoek van een

Op zijn grondvesten

Trillend huizenblok

Verziek ik met een

Laatste Caballero

M’n astmatische

Bronchiën &

Ik leg me bij

De ernstige

Situatie neer.

.

                                                                                                                                                              Max Brückner , printed by Otto Henning

Tuimelen

Herman Brood

.

In de bundel ‘Gedichten die vrouwen aan het huilen maken’ staat een bijzonder stukje van Lola Brood, dochter van all round rock & roll mens Herman Brood (1946 – 2001). Toen Lola ooit ziek was op vakantie schreef Herman een brief aan haar, die ze alleen mocht openen ‘als ze zich kut voelde’. Een half jaar na de dood van Herman Brood opende ze de brief en vond daarin een gedicht aan haar gericht.

.

Tuimelen

.

Voor Lola

.

(Zinloze mededeling?)

POËZIE

.

Ik pak haar hand

terwijl ze sliep

een elktriese stroom

vibratie stoot

stoot

door mij heen

doet mij tuimelen

tuimelen

tuimelen

door de heelal

m’n hart begint

op te zwellen, wel

lekker maar ik

moet haar loslaten

om de explosie te

voorkomen.

Liefde verscheen in

een niewe gedaante

en opschrijven verpest het

(bijna)

.

Op een pad van briefpapier

Brieven in de poëzie

.

Pas geleden besprak ik met mijn dochter het gegeven dat, wanneer haar ouders er niet meer zijn, zij en haar zus in ieder geval nog een dikke stapel liefdesbrieven tegemoet kunnen zien. Liefdesbrieven zijn van alle tijden maar ik vrees dat er tegenwoordig nog maar bitter weinig verstuurd worden. Zelfs e-mail als drager van innerlijke onrust en emotioneel geladen gevoelens is al verouderd. Tegenwoordig gebeurt hofmakerij via de Whatsapp, Snapchat of Instagram. Vluchtiger media zijn nauwelijks te bedenken.

In 1993 stelde Ernst van Altena voor de Vroom en Dreesmann de bundel ‘op een pad van briefpapier’ samen met als ondertitel ‘Brieven in de poëzie’. In de inleiding van deze bundel wordt grappig genoeg al gewaarschuwd dat de telefoon de persoonlijke briefwisseling sterk heeft teruggedrongen (toen dus al). Je kunt stellen, zo schrijft van Altena in zijn inleiding dat “elk gedicht een brief is, een brief aan de onbekende lezer van wie de dichter hoopt dat hij of zij de ideale ontvanger is”.

In deze bundel vele voorbeelden van gedichten van dichters van vroeger en nu. Zo ook een gedicht van Sjoerd Kuyper met als titel ‘Synge op Aran’ gebaseerd op een stuk uit een gedicht van Seamus Heaney..

.

Synge op Aran

.

There

he comes now, a hard pen

scraping in his head;

the nib filed on a salt wind

and dipped in the keening sea.

(Seamus Heaney)

.

De brieven, Synge, die je me zond –

ik las ze en herlas ze tot ikl ademloos

van dadendrang jouw zijde koos en

liep waar jij eens liep

.

op zoek naar postzegels; speeksel

van zee, gom van de rots, portret

van vissers verdronken in een taal

die in geen enveloppe paste.

.

Maar de strijd was gestreden; in rolstoelen

verlieten de aalscholvers het slagveld.

Met afschreven snavels krasten zij

vol overgave ABBA in oude kruisen.

.

Misschien dat jij, nu ik weer thuis ben,

opnieuw de ronde om het eiland doet

en je pen slijpt aan de zoute wind

-hoe kan ik je nog terugschrijven?

.

Je adres ging verloren tussen

de nieuwe namen van de kroeg

en als ik je opbel hoor ik sleets de jukebox

jengelen om muntstukken en zilverpoets.

.

Brief

Elisabeth Eybers

.

In het boek ‘Kon uit de dood ik die éne doen keren’ uit 1998, las ik een gedicht van de Zuid Afrikaanse dichter Elisabeth Eybers (1915 – 2005). Ik publiceerde al eerder een gedicht van haar hand ‘Die moeder’ op 8 maart van dit jaar. Ook dit gedicht ‘Brief’, oorspronkelijk verschenen in ‘Versamelde gedichte’ in 1995,  is van een schoonheid door de taal van Eybers en het Afrikaans. Voor degene die het Afrikaans wat minder macjtig zijn ook de Engelse vertaling (met dank aan John Irons).

.

Brief

.

Moenie die dood verdink, moenie hom vrees:

sy medelye trek ’n vlammekring

om alles wat ooit skoon of teer mog wees

dat geen bederf nog daar kan binnedring.

.

Maar vrees die lewe met sy donker lis,

sy breeksug en sy onverskilligheid:

jou stil geluk, jou stil vertroue is

vir hom in die verbygaan ’n klein buit

.

om vir die aardigheid en met een hou

half ingedagte neer te kap om jou

te herinner dat jy klein is en hy groot.

.

As daar iets is, volkome en onbesmet,

wat kan gered word sal die dood dit red:

daar is geen deernis soos die van die dood.

.

Letter

.

Do not suspect death, do not show him fear.

his pity draws a ring of fire round all

that might be delicate or lovely here

and holds decay off as a shielding wall.

.

Fear life instead with his dark artifice,

indifference and his destructive quest:

your quiet trust, your quiet happiness

for him in passing are as though in jest

.

at one swift blow to hew down some small prey

half absent-mindedly as if to say

remember you are small and he is great.

.

If anything, unsullied, undepraved,

is savable, then death will see it saved:

and death’s compassion none can emulate.

.

Story Pictures

Diane Hanna

.

Stoneheart & company brengen hele aardige Story Pictures uit. Story Pictures zijn een combinatie van vintage foto’s en poëzie, zomaar wat woorden, een brief of uitspraak. Ze zijn klein en intiem en kunnen opgehangen worden of neergezet als herinnering aan een geliefde of aan iets waar je graag aan herinnert wordt.

Diane Hanna, de kunstenares zegt erover: “I’m always looking for poetry. It could be the color of coffee in a white cup or the flash of a cardinal across a backyard in January. It could be the fragrance of old books or a deep green lake or fresh snow or line-dried sheets…”

.

stoneheart_1

stoneheart_2

stoneheart_3

stoneheart_4